
Inhoud en didactiek van de begrijpend lezen methode TopLezers
Leesbevordering
De relatie tussen leesmotivatie en leesvaardigheid is wederkerig: Kinderen die graag lezen, gaan meer lezen. Kinderen die meer lezen worden steeds beter in lezen. De betere leesvaardigheid stimuleert het leesplezier weer, zo is de cirkel rond (Van Steensel, 2022). TopLezers helpt kinderen lezers te worden en te blijven. Daarom zijn teksten uit recente kinderboeken met zorg geselecteerd: boeken uit series, boeken van bekende schrijvers, soms met een literair randje. Ook zijn er teksten gebruikt uit bekroonde kinderboeken. Kortom; rijke, betekenisvolle teksten die leesplezier bevorderen. Het boek staat centraal aan het begin van elke les. Het boekenpakket helpt je daarbij. Het boek krijgt een mooie plek in de klas en geeft kinderen de gelegenheid het boek te bekijken en te lezen.

Leesmotivatie en Leesvaardigheid is wederkerig.
Didactische aanpakken
Directe instructiemodel
In Toplezers wordt het directe instructiemodel gebruikt. Dit is een bewezen aanpak om de leseffectiviteit te verhogen en te zorgen voor succeservaringen en betere leerprestaties bij leerlingen. De leerkracht verwoordt tijdens de instructie hoe, wanneer en waarom hij een leesstrategie als hulpmiddel gebruikt. Hierbij zijn enkele technieken van belang: voordoen en modelen (hardop denken), uitleggen en controleren van begrip (Hollingworth & Ybarra, 2009). De onderdelen van een DI-les zijn verwerkt in de lesbeschrijvingen van TopLezers.
GRIMM model
Het GRRIM model (Gradual Release of Responsibility Instruction Model) sluit aan bij het DI-model. Het is een effectief model bij het ontwikkelen van denkvaardigheid. GRRIM maakt de onafhankelijke toepassing van de denkvaardigheid mogelijk: in dit model schuift de verantwoordelijkheid voor het leren geleidelijk van de leerkracht naar de leerlingen (Pearson & Gallagher, 1983). De vier fases zijn: • IK-fase; introductie en modeling door de leerkracht. • WIJ-fase; begeleide inoefening waarin de leerkracht nagaat of de kinderen leren. • JULLIE-fase; de kinderen lezen en werken zelfstandig in groepjes of tweetallen. • JIJ-fase; de kinderen lezen en werken individueel zelfstandig. Binnen een les kan de verantwoordelijkheid verschuiven. Door deze fases te doorlopen, kan je de vaardigheid van leerlingen goed monitoren. Signaleer je onduidelijkheden, dan kan je een fase terug gaan en verlengde instructie geven (WIJ-fase).

Het GRRIM model (Gradual Release of Responsibility Instruction Model) sluit aan bij het DI-model.
Scaffolding
Als je ‘scaffolding’ (in de steigers zetten) toepast bied je ondersteuning die net boven het niveau van de kinderen ligt (Wood, Bruner & Ross, 1976). Hierdoor geef je de kinderen de mogelijkheid op jou te steunen terwijl ze een hoger niveau bereiken en nieuwe kennis opbouwen. Je steunt de leerlingen door hen te stimuleren hardop te denken om tot een antwoord te komen. Scaffolding kan worden toegepast in de WIJ-fase. Je kunt ook kinderen extra ondersteunen door hen kennis te laten opbouwen over het onderwerp, voordat de tekst die net boven hun niveau ligt wordt aangeboden.
Kennis opbouw met wereldoriëntatie methode TopOntdekkers
Elke lesbeschrijving geeft aan welke kaarten van TopOntdekkers aansluiten. Door deze kaarten voor de les begrijpend lezen aan te bieden, kan gewerkt worden aan kennis opbouw. Hierdoor kunnen kinderen moeilijkere teksten van TopLezers, die wellicht net boven het niveau van de kinderen liggen, aan. Zo versterken de vakgebieden wereldoriëntatie en begrijpend lezen elkaar en zorgen voor verbreden en verdiepen van kennis.
Close Reading
Bij de aanpak ‘Close reading’ (Fisher & Frey, 2012) staat de tekst centraal. Het is een aanpak die kinderen uitdagen tot nadenken. De kinderen duiken dan ook steeds dieper in de tekst door te praten, te discussiëren en te schrijven. In TopLezers komt de aanpak van ‘Close reading’ regelmatig terug. Dit is met name bij complexe teksten waar twee lessen voor nodig zijn om de tekst daadwerkelijk te doorgronden. In de eerste les wordt de tekst gelezen en kijken de kinderen wat de tekst zegt. In de tweede les wordt de tekst herlezen en verder uitgediept door te kijken hoe de tekst iets zegt en wat de schrijver bedoelt of wat de betekenis van de tekst is.
De rol van de leerkracht
Leren begrijpend lezen kost tijd. Het is een proces waarin een kind zich steeds verder ontwikkeld. De leerkracht speelt een grote rol in dit proces: Je stimuleert leesplezier en bent hierin een rolmodel Je legt de focus op de leesdoelen Je doet hardop denkend voor hoe je betekenis geeft aan de woorden, de zinnen en de tekst als geheel Je geeft instructie hoe kinderen tot leesbegrip kunnen komen en hoe leesstrategieën in te zetten zijn Je begeleidt gesprekken Je geeft inhoudelijk feedback op de reacties van de kinderen. De feedback is gericht op het proces van denken over de tekst. Je observeert en loopt rond Je controleert tekstbegrip door vragen te stellen Je differentieert; je herhaalt, stuurt en laat los waar nodig Je evalueert de leesdoelen Je monitort het groeiproces van de leerlingen.
Rijke teksten uit kinderboeken, leesplezier gegarandeerd
Leren begrijpend lezen kost tijd. Het is een proces waarin een kind zich steeds verder ontwikkeld. De leerkracht speelt een grote rol in dit proces: Je stimuleert leesplezier en bent hierin een rolmodel Je legt de focus op de leesdoelen Je doet hardop denkend voor hoe je betekenis geeft aan de woorden, de zinnen en de tekst als geheel Je geeft instructie hoe kinderen tot leesbegrip kunnen komen en hoe leesstrategieën in te zetten zijn Je begeleidt gesprekken Je geeft inhoudelijk feedback op de reacties van de kinderen. De feedback is gericht op het proces van denken over de tekst. Je observeert en loopt rond Je controleert tekstbegrip door vragen te stellen Je differentieert; je herhaalt, stuurt en laat los waar nodig Je evalueert de leesdoelen Je monitort het groeiproces van de leerlingen.

Rijke teksten uit kinderboeken, leesplezier gegarandeerd
Doorgaande leerlijnen
De opbouw in de leerlijn begrijpend lezen bestaat uit: • van korte, eenvoudige teksten naar steeds langere, meer complexe teksten • van teksten over onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld van kinderen naar onderwerpen die wat verder van de lezer afstaan • het proces van sturing en modeling naar zelfstandig betekenis verlenen aan teksten • een opbouw in zes leesstrategieën
Leesstrategieën
Leesstrategieën zijn voor kinderen een hulpmiddel om teksten goed te begrijpen. Ze sturen het denkproces tijdens het lezen en helpen betekenis te geven aan de tekst. Leesstrategieën zorgen ervoor dat de kinderen actief blijven lezen. Om een zelfstandige lezer te worden is het nodig dat kinderen een beperkt aantal leesstrategieën flexibel en door elkaar leren te gebruiken (Förrer & Van de Mortel, 2010). Er is daarom een leerlijn ontwikkeld, bestaande uit zes leesstrategieën. Herstelstrategieën zet een kind in als het een stukje tekst niet goed begrijpt. Sturingsstrategieën helpen kinderen het leesgedrag bij te sturen. Dat kan al voor het lezen van een tekst gebeuren, maar ook tijdens of na het lezen, zie figuur 2. In paragraaf 3.3 lees je hoe dit toegepast is in de lesbeschrijving. De leerlijn met de leesstrategieën van groep 5/6 en 7/8 vind je achter de tegel ‘leerkrachtinformatie’ in de Portal van Onlineklas.

Om teksten goed te begrijpen zijn er leesstrategieën voor de kinderen.
Leeshoudingen
Het leesdoel en de soort tekst bepalen met welke leeshouding de lezer de tekst gaat lezen. Welke manier van lezen is nodig bij de tekst om tot leesbegrip te komen? De kinderen leren zes verschillende leeshoudingen toe te passen. De leeshoudingen globaal lezen, zoekend lezen en precies lezen zoomen steeds verder in op de tekst. Bij elke leeshouding zijn stappenplannen ontwikkeld die de kinderen helpen de leeshouding zich eigen te maken. De stappenplannen van de leeshoudingen zijn opgenomen in het opzoekboekje.

Welke manier van lezen is nodig bij de tekst om tot leesbegrip te komen?
Thematisch onderwijs
Kinderen ontdekken de wereld om hen heen als geheel. De zaakvakken en begrijpend lezen thematisch benaderen is een goede manier om de kinderen kennis van de wereld te laten opdoen in samenhang. Ook een taalmethode kan hierop aansluiten. Op deze manier kunnen kinderen de kennis die zij opdoen bij de zaakvakken en taal inzetten tijdens begrijpend lezen en omgekeerd. Samenhang in deze vakgebieden zorgt voor verbreden, verdiepen en stapelen van kennis van de wereld. De lessen van Toplezers zijn daarom gekoppeld aan de thema’s van de meest gebruikte taalmethodes en TopOntdekkers. De thema’s zijn concentrisch opgebouwd. Dit betekent dat de thema’s voor bijvoorbeeld groep 5 en 6 hetzelfde niveau hebben. Hierdoor kunnen de thema’s zo worden ingepland dat zij aansluiten bij de zaakvakmethode en/ of taalmethode.

Thematisch onderwijs met begrijpend lezen methode van TopLezers.
Woordenschat
Woordenschatopbouw is één van de voorwaarden voor leesbegrip. Om een tekst goed te kunnen begrijpen is het nodig dat de lezer ongeveer 85% van de woorden uit de tekst moet kennen. Ieder kind bouwt op een eigen manier woordenschat op. Niet alleen hebben kinderen een kleine of grote woordenschat, ook kan een kind heel specifieke woordenschat hebben opgebouwd door een hobby of interesse in een bepaald onderwerp. Uiteraard is (voor)lezen een heel goed middel om woordenschat op te bouwen. In TopLezers wordt er aandacht besteed aan woordenschatopbouw op de volgende manier: De verwachte moeilijke woorden uit de teksten staan in de lesbeschrijving. Zelfstandig naamwoorden, werkwoorden, uitdrukkingen en overige woorden zijn opgenomen. Dit zijn veelal hoogfrequente woorden, maar ook laagfrequente woorden kunnen belangrijk zijn om te bespreken. Dit ligt aan de complexiteit van de tekst. Van alle verwachte moeilijke woorden zijn woordstrookjes beschikbaar in de onlineomgeving. Deze kunnen worden geprint en opgehangen in de klas. Op deze manier kunnen de woorden ook op andere momenten herhaald worden en onthouden kinderen de woorden.
Samenwerkend leren
Om de achtergrondkennis van de kinderen te activeren worden er afwisselend zes vormen van samenwerkend leren gebruikt. Samenwerkend leren zorgt voor een actieve houding bij de kinderen. Hierdoor wordt kennis die zij al hebben over het onderwerp gemakkelijker en intenser opgehaald. De zes vormen van samenwerkend leren zijn: Denken – delen – uitwisselen Wandel – wissel uit TopLijstje Interviews Woordweb Placemat

Meer weten over deze begrijpend lezen methode?
Vraag een proefles voor groep 5/6 en 7/8 aan en maak alvast kennis met onze begrijpend leesmethode TopLezers! Klik op onderstaande knop en vul het formulier in of neem contact op met onze klantenservice.